14-03-14
Inmiddels liggen de Spelen van Sotsji alweer een aantal weken achter ons. Een aantal weken draaide het leven in Nederland, en in een groot deel van de (rijke) wereld, om de Winterspelen. Toch altijd interessant om te zien dat iets wat een periode zo aanwezig is in de media en zo belangrijk is/wordt gemaakt in het dagelijks leven, ook zo snel weer vergeten wordt. Over een tijdje herinneren we ons misschien nog het aantal medailles dat Nederland heeft behaald, maar wie herinnert zich dan nog de ophef over de homorechten? De dreiging van een mogelijke aanslag? De enorme kosten en de corruptie die met het organiseren van deze Spelen gepaard gingen? Nee, het enige wat in onze herinnering overblijft is welk resultaat Nederland voor zichzelf heeft behaald: 24 medailles en waarschijnlijk wat handelscont(r)acten.
Moeten we hier dan heel blij mee zijn? Is het niet gek dat er vooraf zoveel ophef is over van alles en nog wat en dat deze ophef als sneeuw voor de zon verdwijnt wanneer er ineens wat succes wordt geboekt? Neem nu het voorbeeld van Willem-Alexander, Maxima en Mark Rutte. Wat was het toch erg dat Nederland zo’n zware delegatie stuurde! Maar goed, wat was het toch ook fantastisch om te zien dat ze zo meeleefden met onze schaatsers! En ja, ze hebben vast onze morele principes ook wel uitgedragen daar…vast wel. Het is bijna aandoenlijk te zien dat de principes van een land en de ophef onder de bevolking kunnen vervliegen bij elke medaille die wordt behaald. En tsja, Nederland heeft er een recordaantal behaald, dus die principes van ons liggen nu waarschijnlijk ergens in Siberië.
Bovenstaand voorbeeld heeft veel te maken met het thema van deze kerkbode: ‘Samen’. Over wie hebben we het eigenlijk, als we het over ‘samen’ hebben? Met zijn allen? Of sluiten we landen als Noord-Korea en Uganda al op voorhand uit? Die zijn immers een beetje gek, niet waar? Maar daar raken we eigenlijk al de kern van ‘wie bedoelen we met samen?’. Eigenlijk is samen heel vaak dat wat onszelf uitkomt. We zijn nu bijvoorbeeld samen met de Westerse wereld tegen het homobeleid in Uganda. De enige pech die Uganda heeft, is dat het geen geld heeft om Spelen te organiseren en medailles uit te keren om de sympathie van de Westerse landen te kopen. Ondertussen is een deel van de inwoners van Leiden samen in opstand gekomen tegen het verblijf van Benno in hun woonplaats en straks gaan we weer stemmen om te kijken hoe we samen Nederland willen/kunnen besturen. Kortom, wat is het toch fijn om samen te zijn.
Heeft u het al door? Ziet u al dat er eigenlijk iets verkeerds zit in dit idee van ‘samen’? In al de bovengenoemde voorbeelden zijn er immers groepen/mensen die buitengesloten worden. Die niet in ons plaatje passen en tegen wie we ons richten. Samen…eigenlijk maar een leeg woord wanneer het steeds maar weer wisselt wie of wat we daaronder verstaan. Komt het er eigenlijk niet op neer dat we heel egoïstisch naar onze eigen belangen kijken? En ja, dat er dan een hoop mensen te vinden zijn die zich in willen zetten voor datzelfde doel, dat is mooi meegenomen. ‘Samen staan we sterk’, zeggen we dan. Sterk, zodat we er zelf van kunnen profiteren. Op dit moment zijn we het er toch wel samen over eens dat die homowetten in Rusland en Uganda niet kunnen. Maar op het moment dat Rusland ons 1 miljard euro biedt en Uganda dreigt een deel van haar (arme) inwoners naar Nederland te sturen, dan zijn we weer samen Nederland en moeten we er wel voor zorgen dat we onze cultuur en welvaart vast kunnen houden. Dat hebben we immers ook al samen bereikt.
Maar goed, wat is nu de boodschap van dit verhaal? Het gaat erom dat het samen zijn, het samen leven met elkaar steeds weer ondergeschikt raakt aan de gedachte van ‘wat houd ik er zelf aan over?’. Is het samen leven niet genoeg? Het samen eten, drinken, lachen en dromen van een mooie toekomst? Natuurlijk is het fantastisch als we daar samen aan kunnen bouwen, maar het uitganspunt moet zijn dat we er samen aan meedoen. Niet dat wat er uiteindelijk gebouwd gaat worden, precies is wat jij mooi vindt of dat dat het mooiste of grootste gebouw van de wereld is. Samen is precies hoe je het vroeger als kind zag als je aan het spelen was. Iedereen kon meedoen en dan maakte het niet uit of je toevallig bij het voetballen wel een goed spits kon gebruiken, in plaats van iemand die er niet zoveel van kon. Of dat iemand met zijn eigen spelletje bezig was, terwijl een andere groep druk was met bijvoorbeeld touwtje springen. Daar ging het er simpelweg om dat je samen was. ‘Meedoen is belangrijker dan winnen’…een boodschap die vaak voor kinderen nog geldt. Bij volwassenen komt deze boodschap centraal te staan in een evenement dat alleen draait om eigen belangen.
Lars van IJzendoorn