Licht

‘Het licht is een genot. Wat een weldaad voor de ogen om de zon te zien!’
Prediker 11: 7

 Een goede sneeuwbui haalt de eenzaamheid uit de lucht. Dat is denk ik waarom ik me na een dik pak zoveel beter voel, zuiverder. Alsof ikzelf échter ben en het leven ineens eerlijker. Het alledaagse ligt bedekt. Het vriest misschien nog wel maar je voelt het even niet. Je bent nog steeds alleen maar je mist de anderen niet. … Er is iets aan verse sneeuw wat hoop geeft.’

uit: Vaslav, van: Arthur Japin

 Sneeuw! Een witte wereld. De zon schijnt, het licht is een genot. Blije gezichten, vriendelijke mensen. Kinderen met rode wangen van de kou, spelend in de sneeuw, schaterend van plezier, hoe heerlijk vertrouwd en daarom, zeker nu, zo bijzonder. Even gewoon genieten, kinderlijke verwondering, onbekommerd plezier in een prachtige witte wereld.

 De kinderlijke verwondering door Gil vander Heyden gevangen met een paar voorzichtige woorden:

‘Sneeuw is regen
die het koud heeft,
druppels
met een jasje aan.
Is miljoenen
witte zoenen.
 
Is kleine stemmen
achter de ruiten:
Kom. Kom mee
naar buiten.’
 

uit: Kleine stemmen
van: Gil vander Heyden

Tineke Vroegindeweij, email tinekedas@hotmail.com


De Ark en De Open Hof vieren samen: vespers in de Veertigdagentijd

Het is Aswoensdag (17 februari) geweest. Vanaf die dag tellen we veertig dagen naar het Paasfeest. Veertig, hoor ik u denken, volgens mij zijn het er 46! Dat klopt, maar de zondagen tellen vanouds niet mee als vastendagen. Op zondag vieren we elke week weer de opstanding en die dag is dus niet geschikt voor ingetogen leven, dat feest mag elke week gevierd worden.

Op de woensdagen in de Veertigdagentijd zenden we vanuit De Open Hof een korte meditatieve vesper uit. We hopen dat gemeenteleden hun medewerking op muzikaal gebied zullen verlenen. U kunt via de website deze vespers zien op kerkomroep.nl. In de vespers komt elke week een van de zeven werken van barmhartigheid aan de orde. We volgen hiermee het project van Kerk in Actie van de landelijke kerk. Op allerlei manieren zal hier aandacht aan worden besteed in de vespers en in de kerkdiensten. Kijkt en viert u mee?

De orde van dienst is eenvoudig. De lezing voor deze week is: 24 februari: Psalm 42, Johannes 4, 1-10: thema: de dorstigen drinken geven.

Online van harte welkom om deze dienst te volgen

Hartelijke groet

Ds. Antoinette van der Wel


Digitale 40-dagen kalender

Op 17 februari begint de 40-dagentijd. Een tijd waarin we toeleven naar het paasfeest. Vanouds werd in deze periode gevast en was het dan ook bij uitstek een tijd om extra aandacht te hebben voor je naaste. Ook wij zullen deze weken aandacht geven aan onze naaste, dichtbij en veraf. Samen met ZWO presenteren we elke week een project van kerk in actie. Die projecten zijn verbonden met de zeven werken van barmhartigheid.

Hoe geven wij, anno 2021, deze bezinningstijd vorm? Denken we na over duurzamer leven? Over wat we kunnen doen voor een ander? Durven we zelf een stapje terug te doen om de ander ruimte te bieden? Die werken van barmhartigheid, hoe geven wij die vandaag vorm?

Samen met onze zusterkerk De Ark bieden we gemeenteleden een digitale 40-dagenkalender aan. Een kalender die behulpzaam wil zijn bij de bezinning van deze weken.

Verschillende gemeenteleden uit beide kerken verlenen hun medewerking en zo hopen we ons in deze tijd waarin we minder bij elkaar kunnen zijn, toch verbonden te weten. Ik ben er voor jou!

Elke dag in deze 40-dagentijd krijgt u een mailtje van ons, daarna stopt het vanzelf.

U kunt zich aanmelden via deze link: 40-dagenkalender van De Open Hof

Ds. Antoinette van der Wel (dsavdwel@deopenhof-hia.nl)


Overdenking ds. Van der Wel zondag 7 februari

Preek n.a.v. 2 Kon 4 en Marc 1, 29-39

 

Gemeente van Jezus Christus,

 

Twee prachtige paasverhalen horen we op deze winterse zondag. Verhalen die ons uittillen boven de donkere en sombere dagen en onze blik weer richten op het licht. Verhalen van twee naamloze, sterke vrouwen die ons laten zien hoe het leven is bedoeld. Het zijn gastvrije vrouwen, die hun deuren openstellen voor wie willen schuilen, maar die tegelijkertijd door hun krachtige vasthoudendheid een voorbeeld kunnen zijn voor ons vandaag.

 

Twee prachtige paasverhalen. De vrouw uit het verhaal in Koningen is een voorname vrouw uit Sunem, die letterlijk ruimte maakt voor de profeet Elisa. Grappig vind ik het zoals zij het heft in handen neemt, thuis in haar kleine gezin. Geen spoor van onderdanigheid of volgzaamheid, wat vrouwen in de bijbel zo vaak kenschetst, maar heldere doortastendheid in het hele verhaal. Elisa, die wat klungelig overkomt, weet er eigenlijk niet zo heel goed raad mee. Wat zouden we voor haar kunnen doen, voor wat hoort wat, overlegt hij met zijn hulpje. Een goed woordje bij de koning? Beetje lobbyen bij het gezag? De vrouw lacht het weg. Ik woon te midden van mijn eigen volk. Onafhankelijk als ze is, kiest ze ervoor de profeet gastvrijheid te verlenen en daar hoeft ze niets voor terug te krijgen. Haar gastvrijheid hoeft niet te worden terug betaald. Dan komt Gechazi met de oplossing. Een kind. Elke vrouw in vroeger tijden heeft een zoon nodig om haar identiteit te borgen. Je bent immers altijd de dochter van, de vrouw van of de moeder van. Ook daar reageert ze realistisch op. Haar man verdwijnt in de schaduw van het verhaal.

 

En dan die andere vrouw, uit het evangelie. Ook zij is naamloos en wordt aangeduid als de schoonmoeder van Petrus. Ik zou wel eens willen weten waarom zij met koorts in bed ligt. Ik kan me ook voorstellen dat het een daad van verzet is. Mooi, hoor, die roeping van Petrus, maar wie zorgt er nu voor zijn gezin? Wie zorgt er voor brood op de plank. Prachtig dat hij zijn roeping achterna gaat, maar wat betekent dat nu voor mijn dochter? Verwacht je nu werkelijk dat ik een feestmaal ga aanrichten voor jou en je nieuwe vrienden? Ik krijg het er spaans benauwd van! Hoe moet dat nu verder? Wat zullen de buren wel niet denken?

 

Jezus raakt haar aan en richt haar op. De koorts wijkt. Ze staat op. Alsof het al Pasen is! Gastvrij stelt ze haar huis open en dient Jezus en zijn leerlingen. Het woord dat daar staat voor dienen is niet het gehoorzaam sloven dat van veel vrouwen door de eeuwen heen is verwacht, maar is hetzelfde woord dat gebruikt wordt voor de engelen die Jezus dienen in de woestijn, het gaat om diakonein, de dienst aan de wereld, aan de kwetsbaren. Dienen zoals vandaag nog te horen is in ons woord diaken. De schoonmoeder van Petrus wordt een volgeling, wordt opgewekt tot een leven in dienst van het evangelie. Wat dat inhoudt? Dat zie je meteen als het avond wordt en de sabbat voorbij is. Haar huis wordt een zoete inval voor wie genezing verlangen, voor wie van hun demonen willen worden verlost. Jezus drukt hen op het hart te zwijgen, niet te vertellen wat er hen is overkomen aan genezing en heling. Zijn tijd is nog niet gekomen. Vroeg in de ochtend trekt hij zich terug om te bidden, om te bezinnen, om tot zichzelf te komen. Want overal zijn er mensen die verlangen naar genezing. Enkelen richt hij op en nodigt hen uit in zijn spoor hetzelfde te doen voor mensen op hun weg. Hij raakt hen aan, zodat zij anderen weer liefdevol kunnen aanraken. Een hand uitsteken, de ander op zijn voeten zetten, gastvrij zijn.

 

Terug naar de voorname vrouw uit Sunem. De voorspelde zoon wordt geboren, maar blijkt kwetsbaar. De vader brengt hem bij zijn moeder, hij sterft. Daar neemt zij geen genoegen mee. Ze gaat zelf naar de Godsman. Ontroerend vind ik haar voortvarendheid en haar dappere weigering zich bij het bestaande neer te leggen. Met wat hindernissen verschijnt Elisa uiteindelijk ten tonele. Er volgt een bijna magische scene, waarbij hij de jongen de levensadem inblaast. Het lijkt op het verhaal van die eerste mens, die geboetseerd uit klei pas tot leven komt als hij door God zelf wordt beademd.

 

Twee prachtige paasverhalen. Twee sterke vrouwen die God op hun eigen wijze dienen, die weigeren zichzelf of wie hen liefzijn prijs te geven aan de dood. Die blijven vertrouwen dat er een weg is ook als die lijkt te zijn doodgelopen. Ze leggen zich niet neer bij wat kapot ging en zoeken wegen van leven.

 

Zo wordt het al Pasen aan het begin van het evangelie en daar in die kamer op het dak in Sunem.  Mooi, hoor ik u verzuchten, maar onze ervaringen zijn vaak anders. Wie heeft nog nooit iemand die je lief was verloren aan de dood? Wie is er nog nooit bang geweest dat de nacht maar zou blijven duren en de morgen maar niet komt? Wie heeft nog nooit machteloos met het dekbed over je hoofd gewacht, geroepen, gebeden, maar stuitte op een muur van zwijgen. En waar is God in dit alles? Hoort hij mij? Komt er ooit een morgen waarin ik weer verder kan? Geloven we nog in die nieuwe dag? Dat uiteindelijk het laatste woord zal zijn aan het leven? Aan de toekomst?

 

Ergens wordt een mens aangeraakt. De koorts wijkt, de deuren gaan open voor wie er schuilen wil. Ergens wordt een kind de levensadem ingeblazen, en hij staat op, niest een paar keer en loopt het leven tegemoet. Ergens wordt de nacht verdreven, omdat iemand een lichtje aansteekt en er beschermend de handen omheen houdt. Ergens wordt in de stilte een lied van verlangen gezongen en hier en daar wordt het voorzichtig overgenomen.  Iemand vertelt een verhaal over leven door de dood heen, over hoe na maanden van verdriet er opeens een deur openging, een stem klonk, je werd geroepen. En je staat op, je pakt je spullen bij elkaar, en je laat je meevoeren naar de morgen.

 

Lieve gemeente,

Door de tijden heen, zijn er altijd mensen geweest die opstonden, opgewekt werden, die een spoor trokken in deze wereld. Ze openden hun deuren voor wie gastvrijheid zoeken. Ze slaan een arm om je heen als de kou diep in je botten zit, ze brengen een lichtje mee en verdrijven je nacht. Ze durven je te vertellen dat er leven mogelijk is, ook al lijkt alles je uit handen geslagen. En ergens tintelt het vertrouwen, dat je nergens van God verlaten bent, dat je niet kunt vallen, dan in zijn handen. We kunnen het niet bewijzen, maar soms zien we het heel even. In die ene die weer op haar voeten durfde te staan, in het kind dat opademt, in de vrouw die gastvrij haar deuren opent, in wie nieuwe dienstbare wegen durft te gaan.

 

Het wordt altijd weer Pasen, want Gods liefde is groter dan ons ongeloof en onze onmacht. Door de eeuwen heen hebben mensen ervan getuigt, er is een weg in de woestijn, een pad door de zee, leven te midden van dood. Zo gaan we op weg, elke dag weer verlangend naar de morgen. Zo gaan we op weg, in het kwetsbare vertrouwen dat we wel kunnen vallen, maar nooit zullen vallen uit Gods hand.

Amen.

 

 

 

 


Bruggen bouwen

Aan de rand van Berkel en Rodenrijs verschijnen deze maanden grote bergen zand. Er wordt hard gewerkt aan de nieuwe snelweg. Het was wel even slikken toen de eerste bomen werden gekapt en wat voorheen een rommelige bosje was een kale vlakte werd. Midden op de zandhopen verrees afgelopen week opeens een nieuwe brug en ontstaat er langzaam maar zeker een weg. Toen ik die halve brug zag, vond ik het een treffend teken voor deze maanden van lockdown. Het is niet makkelijk om bij elkaar te komen en naarmate de weken zich aaneen rijgen zal de stilte voor menigeen zwaar vallen.

Tegelijkertijd realiseerde ik me hoe belangrijk juist nu de bruggenbouwers zijn. Mensen die het vermogen hebben twee polen met elkaar te verbinden. Die niet kiezen voor een verdere verwijdering tussen mensen, maar taal zoeken om elkaar te ontmoeten, die zacht en verbindend zijn. Mensen die ook al is de brug nog niet af al een beeld voor ogen hebben hoe de weg er straks uit gaat zien. Die altijd begaanbare paden weten te vinden.

Zou dat misschien onze opdracht kunnen zijn? Bruggenbouwers zijn? Niet alleen in deze rare maanden van lockdown, maar altijd. Mensen die de moed hebben te beweren dat er een weg is in de woestijn en een weg door het water heen? Mensen die geloven in verbinding, in samen optrekken, in zoeken naar licht? Een mens die op ons afkomt, die ons opzoekt, ons aanraakt? Zoals Jezus ons voorleefde. Hij zag mensen, raakte ze aan en liet zich raken.

Ds. Antoinette van der Wel (dsavdwel@deopenhof-hia.nl of telefoon 06-10812631)


Overdenking ds. Van der Wel zondag 17 januari

Gemeente van Jezus Christus,

De zondagen na het kerstfeest kennen vaste lezingen. Die lezingen proberen elk iets te laten zien van wie Jezus is. Er wordt ons iets onthuld, iets duidelijk gemaakt. Zo lazen we na kerst over de magiërs uit het Oosten, wordt op de tweede zondag vaak de doop van Jezus gelezen en op de derde zondag, vanmorgen, altijd het verhaal van de bruiloft te Kana.

Nu kun je zo’n verhaal op velerlei niveaus lezen en dat maakt het juist zo aantrekkelijk. Waarschijnlijk zie je bij de eerste lezing vooral het wonder. Knap om water in wijn te veranderen. Echter, voor je het weet, is Jezus een soort tovenaar geworden die alle natuurwetten tart en daarom dus heel bijzonder is. Toch doen we daarmee het verhaal tekort. Johannes vertelt het immers niet als een spectaculair verhaal. Hij is helemaal niet geïnteresseerd in Jezus als wonderdoener en het verhaal van de bruiloft te Kana zit boordenvol met verwijzingen naar andere verhalen

Helaas zijn er maar enkele mensen in de kerk, anders zou ik een klein testje bijbelkennis willen doen en vragen welke woorden opvallen. Gelukkig hebben een aantal meelezers wel vast hun best gedaan en opvallend is inderdaad dat ze allen wijzen op die diepere verbanden. Ik ga er vanmorgen een paar aan de orde stellen, om daarbij ook wat lijntjes naar ons leven van vandaag te trekken.

Opvallend is dat Johannes niet spreekt over wonderen. Hij noemt wat Jezus doet een teken. Het betekent iets, het verwijst naar iets, het wil onze blik richten op datgene wat buiten ons gezichtsveld ligt. Hij beschrijft Jezus niet als een wonderdokter of tovenaar, maar als een mens van God in ons midden. Jezus laat ons in zijn leven zien wie de Eeuwige is, verbeeldt zijn aangezicht onder ons. Als hij in ons midden is, krijgen gewone dingen een diepere betekenis, verwijzen ze naar het geheim dat we God noemen, wordt ons een blik gegund op hoe het leven is bedoeld. Jezus is niet de zoveelste mannetjesputter die met brood en spelen mensen aan zich bindt, maar eerder degene die het gewone bijzonder maakt. Eerder van het kleine geluk, dan van het omgooien van de wereldorde. Maar misschien is juist dat kleine veel doeltreffender om de wereld te veranderen. Ik werd deze week door een vriendin gewezen op het lied ‘ik geloof’ van Jeroen van Merwijk, gezongen door zijn vrienden, nu hij ernstig ziek is. Een prachtig lied over hoe het kleine het verschil maakt.

Terug naar het verhaal dat veelzeggend begint: op de derde dag. Kijk dan moeten we onze oren spitsen. Want die derde dag is overal in de bijbel een beslissend moment. Zo ging Abraham met Isaak op de derde dag de berg op en liet God zich zien. Op de derde dag openbaarde God zich aan Mozes op de berg Sinaï. Die derde dag is de dag waarop de Eeuwige zijn mensen tegemoet komt, de dag van de ontmoeting.  De evangelist Johannes omsluit het leven van Jezus met die woorden. Zijn eerste zichtbare teken was op de derde dag. Aan het eind van het evangelie is hij op de derde dag verrezen. Zo’n openingsvers is uiteraard niet willekeurig gekozen. Als het erop aan komt, als de beslissing aanstaande is, dan blijkt de Eeuwige nabij, dan wordt Hij een ogenblik zichtbaar! Als het erom spant, als het leven kwetsbaar blijkt, als de wijn op is, dat is het moment waarop God het verschil maakt.

Er is een bruiloft in Kana in Galilea. Bij het woord bruiloft licht de hele bijbel op. We hoorden vanmorgen hoe Jesaja een beeld schetst van de toekomst. Dit laatste gedeelte van Jesaja is geschreven als de bannelingen terug gaan naar Jeruzalem. Bijna ben je geneigd om te zeggen: en ze leefden nog lang en gelukkig. Maar niets is minder waar. Ze komen in een stad die volledig in puin ligt en waar ze door de achterblijvers met enige achterdocht worden bekeken. Maar juist daar op de puinhopen, te midden van gebroken relaties, klinkt het loflied op de liefde van God voor deze stad, voor deze mensen. Ik stel me dan voor hoe ze elkaar vertelden hoe mooi Jeruzalem is, terwijl ze puin ruimden, elkaar leerden kennen en droomden van de morgen. Zoals juist op moeilijke momenten het leven je zo lief kan zijn en je zo kunt genieten van klein geluk.

Er is een bruiloft in Kana in Galilea. Tussen de gasten zien we Jezus’ moeder en zijn net geroepen leerlingen. Dan gebeurt datgene dat iedere gastheer of vrouw het meeste vreest. Er blijkt niet genoeg wijn te zijn. Het feest dreigt als een nachtkaars uit te gaan. Nog maar net waren we blij met de komst van een vaccin, licht aan het eind van de tunnel en nu moeten we nog voorzichtiger zijn. Je bent net afgestudeerd, het leven lacht je toe, maar na ettelijke sollicitaties blijk je nergens welkom. Je bent tot over je oren verliefd, maar hij kiest toch voor een ander. Je hebt net een huis gekocht en dan verlies je je baan. Je kijkt uit naar je pensioen, maar dan wordt je partner ziek. Het leven lacht je toe en dan wordt alles je uit handen geslagen. Wat een feest had moeten zijn, ontaardt in een nachtmerrie.

Maria schiet in de regelstand en Jezus reageert schijnbaar lomp en afwijzend. Wat wilt u van me? Ik vind het altijd opvallend dat Maria zich totaal niet uit het veld laat slaan door die opmerking. Blijkbaar hoort zij niet de afwijzing die wij er vandaag wel in horen. Geweldig vind ik haar reactie. Ze geeft rustig aan de bedienden de opdracht te doen wat Jezus vraagt.

Vul de vaten met water, zegt Jezus, en de bedienden doen wat hij vraagt. Dat is geen klein klusje. Die watervaten zijn ongeveer 100 liter groot. Er staan er zes. Er moet water worden geput of gehaald, dat moet vervolgens in de vaten worden gegoten. Een klus om je mouwen voor op te stropen. Maar zonder morren wordt het gedaan. Als ze vervolgens het water scheppen en aan de ceremoniemeester brengen blijkt het water te smaken als de allerbeste wijn.

Er is geen aandacht voor het hoe van dit teken. Het wordt bijna terloops verteld.  Jezus is uiterst bescheiden aanwezig. Zijn eerste teken is niet het houden van een overweldigende speech, of het in vervoering brengen van een menigte. Rustig en bescheiden redt hij een boerenbruiloft. Als de bruidegom er is kan het feest toch niet verloren gaan!

Water smaakt als de allerbeste wijn. Zoals die ene keer toen je na een lange wandeling met je handen water schepte uit een borrelend stroompje. Of toen je na een lange tijd van zorgen voor het eerst weer eens onbedaarlijk moest lachen. Water smaakt als wijn wanneer we elkaar straks weer gewoon mogen aanraken en onbevangen de hand schudden. Wat zal het slokje wijn bij de tafelviering heerlijk smaken als we na maanden van kerkdiensten voor een scherm weer bij elkaar kunnen zijn in De Open Hof en brood en wijn zullen delen.

Jezus eerste teken laat het ons al zien. Als ik in jullie midden ben smaakt water als de allerbeste wijn. Ons rest niet anders te doen dan wat voorhanden is. Gewoon de watervaten vast vullen, gewoon vast een voorproefje nemen op dat rijk. Doen wat je kan om het leven mooier en beter te maken. Er zijn voor een ander, eenvoudigweg je mouwen opstropen om de vaten te vullen. Water zijn in de woestijn. Ondertussen voeden we met elkaar het vertrouwen dat er altijd weer een derde dag zal zijn. Een dag waarop ons aangedragen water smaakt als de allerbeste wijn. Zoals het lied dat mij deze week werd aangereikt zingt in het refrein:

En met het risico dat ik voor gek wordt versleten
Geloof ik dat alles ooit mooi wordt en goed
Met de moed van de wanhoop en tegen beter weten in
Blijf ik geloven, omdat dat wel moet.[1]

Een bruiloft in Kana was het eerste teken. Het geeft ons het vertrouwen dat er altijd weer een derde dag komt, een dag waarbij de Eeuwige zich laat zien, waarop het licht de nacht verdrijft en we weer het glas mogen heffen: Lechajim, op het leven.

[1] Jeroen van Merwijk, Ik geloof.


Actie Kerkbalans 2021

de Actie Kerkbalans is in volle gang. Het thema van de actie is dit jaar “Geef vandaag voor de kerk van morgen”.

In de periode van 11 – 25 januari 2021 wordt de actie Kerkbalans gehouden.

Dankzij uw bijdragen kunnen we onze belangrijke taken blijven vervullen en nieuwe plannen maken.

Kerk TV

Te midden van alle onmogelijkheden die het coronavirus de afgelopen maanden met zich meebracht, werd duidelijk waar de kerk wél toe in staat was. De kerkdiensten werden met Pinksteren weer opgestart en zijn sindsdien via Kerk TV te bekijken. Dankzij de nieuwe geluidsinstallatie kunnen we genieten van een uitstekende weergave van spraak en muziek. De mensen van het beamerteam verzorgen mooie presentaties bij de kerkdiensten.

Pastoraat

Het pastoraat ging liefdevol door met haar werk, al moest het soms via een raam op een kier.

Vanuit de kerk geven we zorg en aandacht aan de gemeenteleden op zo’n manier – in gesprek of in een ontmoeting – dat die ander iets van geloof, hoop en liefde ervaart zoals we die in de kerk met elkaar delen. Dit kan gebeuren in een gesprek, in een groep maar ook in een onverwachtse ontmoeting.

Pastoraat is geen bijkomend iets maar een kernopdracht van de kerk. De pastorale aandacht is er voor een wijde kring van mensen.
Pastoraal bezoekwerk door ambtsdragers of contactpersonen is een belangrijke vorm van pastoraat.
Ook de predikant speelt hierin een belangrijke rol. Met name bij de aandacht voor ouderen, zieken en eenzame mensen. Diverse medewerkers en ds. van Bolhuis hebben heel veel werk verzet voor onze gemeente.

Diaconaat

Het diaconaat kreeg nieuwe impulsen, zowel voor mensen binnen als buiten de kerk. Een aantal activiteiten konden niet doorgaan zoals de ouderenmiddag en Kom op de thee. Gelukkig kon rond Pinksteren een zeer geslaagde bloemengroet aan onze gemeenteleden worden gebracht.

Buiten de muren van De Open Hof waren we voor het tweede jaar betrokken bij de actie Deel uw vakantiegeld, maar ook via het Interkerkelijk Diaconaal Beraad hebben we ons aandeel geleverd bij o.a Schuldhulpmaatje.

Aan vindingrijkheid en enthousiasme geen gebrek.

 

Nieuwe Predikant

Onder leiding van ds. Sophie Bloemert hebben we een beleidsplan gemaakt voor onze kerk. De beroepingscommissie heeft dit werkstuk goed kunnen gebruiken bij haar zoektocht naar een nieuwe predikant(e). Door de gevolgde procedure en uitstekend werk van de commissie heeft dit uiteindelijk kunnen leiden tot de aanstelling van ds. Antoinette van der Wel per 1 november. Ds. van der Wel is energiek aan de slag gegaan en we ervaren inmiddels een goede en inspirerende samenwerking.

Veel vrijwilligers

In één van de vorige nieuwsbrieven is bericht over de inzet van onze kerkmeester om ons kerkgebouw goed te onderhouden. Veel vrijwilligers zetten zich met hart en ziel in voor de kerk. Maar ook financieel zullen we het samen moeten doen. Net als voor een huishouden is een gezonde financiële situatie belangrijk voor de kerk. Daarom vragen we elk jaar om een bijdrage. De Actie Kerkbalans is voor de financiële huishouding van de kerk de belangrijkste inkomstenbron. Het is vrijwillig, maar we kunnen niet zonder! We hopen dat we weer op u mogen rekenen.

Geef voor je kerk

Kerk daar sta je
Met je deuren open
wagenwijd
Voor wie trouwen,
dopen, vieren, rouwen
Voor wie maar wil
luisteren naar een woord dat verheft
naar een verhaal
van een naaste om een praatje verlegen
Kerk blijf daar staan
Ik geef om
de plek die je biedt

Dankzij uw bijdrage kan de kerk voortbestaan

Namens het College van Kerkrentmeesters, Jan van Es, bijdrage-administrateur,
telefoon 681 37 63, e-mail vvb@deopenhof-hia.nl

 

Het bezorgen van de uitnodigingsbrief:

Omdat we in coronatijd het aantal fysieke contacten zoveel mogelijk willen beperken, bellen we dit jaar niet bij u aan en wordt de uitnodigingsbrief bij u in de brievenbus gestopt.

Er zijn verschillende mogelijkheden om te reageren:
–          1. Indien mogelijk maak gebruik van het digitale toezeggingsformulier op de website.
–          2. Lukt dit niet dan kunt u zelf uw envelop in de brievenbus van de kerk te stoppen, of
–          3. U kunt uw antwoordenvelop brengen bij degene die de uitnodigingsbrief bij u heeft gebracht of u kunt contact opnemen met deze persoon.
–          4. Natuurlijk kunt u uw antwoordenvelop ook nog per post retourneren

 

 

 


Zaterdag 15 januari 2022: nationaal gebed voor vrede en verbinding

Aan de vooravond van de Week van gebed voor eenheid vindt op zaterdag 15 januari een Nationaal Gebed plaats. De initiatiefnemers zijn getroffen door de verdeeldheid tussen mensen, in geloofsgemeenschappen en de samenleving naar aanleiding van de aanhoudende coronacrisis. In het gebed wordt God gevraagd om vrede, verbinding, mildheid en eenheid.

In een programma van 20.00 – 21.30 uur spreken diverse christelijke vertegenwoordigers een gebed uit. Daarnaast wordt er aan de hand van persoonlijke verhalen duidelijk hoe de coronacrisis mensen raakt. Het programma is live te volgen via www.nationaalgebed.nl en wordt verzorgd door de EO. Overige initiatiefnemers zijn de Protestantse Kerk in Nederland, MissieNederland, Niet Alleen, de Raad van Kerken in Nederland en Samen Kerk in Nederland.

Thuis meedoen

Tijdens de momenten van gebed tijdens het avondprogramma kunnen mensen thuis meedoen. Dit kan persoonlijk, maar ook in kleine groepjes of – mede-afhankelijk van de dan geldende maatregelen – met de geloofsgemeenschap.

Jurjen ten Brinke, EO-presentator en voorganger van de multiculturele kerk Hoop voor Noord in Amsterdam-Noord, hoopt dat veel mensen aanhaken bij dit initiatief. “De coronacrisis duurt lang. Mensen zijn onzeker en raken moedeloos. Daar bovenop komt de polarisatie door de verschillende meningen over dit onderwerp. Het is goed als we onze pijn en moeite neerleggen bij God en vragen om Zijn genade en vrede in onze harten en voor ons land.”

Voorafgaand aan en tijdens de uitzending kunnen gebeden op een digitale gebedsmuur geplaatst worden of op social media met de hashtag #nationaalgebed.

Aansluitend bij eerdere gebedsinitiatieven

Tijdens de gehele coronapandemie zijn er vanuit verschillende kerkelijke tradities (online) gebedsmomenten geweest, waarbij christenen gezamenlijk voorbede deden voor de bestrijding van de pandemie en voor iedereen die hierdoor geraakt werd. Het Nationaal Gebed bouwt voort op deze voorgaande gebeden en luidt tevens de jaarlijkse Week van gebed voor eenheid van christenen in. Daarin bidden christenen van 16 t/m 23 januari samen voor eenheid, wijk en wereld.

Nationaal Gebed

Een eerder Nationaal Gebed werd georganiseerd op 18 maart 2020, aan het begin van de coronacrisis in Nederland. Via verschillende kanalen deden meer dan honderdduizend Nederlanders mee door gebedspunten aan te dragen en/of mee te bidden.


Ora et labora

In mijn geboorteplaats stond even buiten de bebouwde kom een boerderij waar met grote witte letters op het rode pannendak stond: “Bid en Werk.” De mensen zeiden van de toenmalige bewoner: “Hij doet geen van beide.” Nimmer werd hij in een kerkdienst gezien en het woonerf maakte nogal een rommelige indruk. Daarom was de conclusie: Hij bidt niet en hij werkt niet.

Veel te voorbarig natuurlijk. In die tijd en in die streek ging men niet altijd even gevoelig met elkaar om. Dit schoot me te binnen toen ik er over nadacht hoe de verhouding tussen bidden en werken eigenlijk moest zijn. In het persoonlijke en het maatschappelijke leven is het, denk ik, zeer belangrijk om het bidden en het werken in de goede verhouding te plaatsen.

In dit verband trof mij een uitspraak van de bekende Amerikaanse dominee Martin Luther King. Hij schreef: “God heeft ons het verstand gegeven om te denken en het lichaam om te werken. Hij zou zijn schepping verloochenen als hij ons toestond door gebed te bereiken wat door werk en intelligentie bereikt kan worden. Het gebed is een wonderbaarlijke aanvulling op onze moeiten, maar is als vervanging daarvan gevaarlijk.”

Dat heeft consequenties, zowel voor ons bidden als voor ons werken. Hopelijk gaan we daar goed mee om en hebben we daar in ons dagelijks leven oog voor.

Uit het boekje Vierkantjes van ds. Bertus van Dalfsen


Zingen in de kerk

Gisteren kwam de PKN met het dringende advies helemaal niet meer te zingen in de kerk, ook niet met een ensemble van vier. De classis kwam even later met een zelfde advies. De gebeurtenissen in Biddinghuizen en de dreiging van de Britse variant van het coronavirus liggen hieraan ten grondslag.

Daarom is in overleg met de kerkrentmeesters besloten de eerstkomende vier zondagen de diensten zonder het ensemble te houden. Natuurlijk zal er wel muziek zijn van o.a. de organisten.

We wachten verdere ontwikkelingen af en hopen dat na die vier weken er weer gezongen mag worden.

 

Chris Meijer, voorzitter kerkenraad (cjmeijer50@gmail.com)